Koninklijk Sint-Niklaasmannenkoor: 80 jaar zingen

Laatst bijgewerkt: vrijdag 28 oktober 2022 Gepubliceerd: vrijdag 30 september 2022 Geschreven door Lode Caes

 

Zondag 18 september was een heuglijke dag voor het Koninklijk Sint-Niklaasmannenkoor (KSNMK). Het koor kan immers bogen op een 80-jarige werking… zeg maar een ‘eiken jubileum’. Ook na de coronapandemie staat het weer recht en sterk en stoer als een eik. Zingen voor de mensen en ter ere Gods. Zingen voor ons plezier, meestemmig in harmonie en genieten van de kameraadschap en het samen repeteren.

Ontstaan en gegroeid als koor van de Sint-Niklaaskerk, is het normaal dat deze feestelijke dag met een Eucharistieviering begonnen wordt. Dat gebeurt in de Ieperse kathedraal want de Sint-Niklaaskerk is sinds 1994 gesloten waardoor het Mannenkoor naar de naburige Sint-Maartenskerk (titulaire kathedraal wegens het toenmalige Ieperse bisdom ten tijde van o.a. bisschop Jansenius) moest/mocht uitwijken.

Eucharistieviering

Om 10.30 u. kan het jubilerend koor de viering opluisteren voor een talrijk opgekomen schare kerkgangers, partners van de zangers, andere gezins- en familieleden en zoveel sympathisanten.

Boven op het doksaal zet trompetist Bart naast organist Daniël de majestueuze ‘Ambrosiaanse lofzang’ in. Beneden houdt dirigent Benjamin de tenoren en bassen ritmisch en harmonisch in toom.

Voor de kyriale putte hij uit het werk van Gounod, Décha en Schubert. Verder ‘Een lied voor mijn Koning’ met het refrein 'Geef, o Heiland, dat mijn gedachten altijd bij U mogen zijn'.

Een obligaat Alleluia na het Evangelie over de ‘Onrechtvaardige rechter’ leidt naar de homilie van Deken Roland. Hij heeft het over de keuze van de mens tussen God en Geld om over te gaan naar een lofzang aan het adres van het jubilerend koor. Hij betoogt dat het koor altijd trouw is gebleven aan zijn roeping om God te eren en zo de mens muzikaal te inspireren voor hogere waarden.

De voorbeden, waarin ook de overleden koorleden, één voor één genoemd worden. Aangrijpend ook want dat roept heel wat herinneringen op. Het monastair ‘Ubi Caritas’ van Ola Gjeilo is het laatste nieuwe werk dat het koor aangedurfd heeft.

Tijdens de communie klinkt het vertrouwde 'Lascia ch’io pianga' van Haendel gevolgd door het magistraal 'Let us pray for peace'.

Na de zegen zingt het koor een passend 'Dank sei dir Herr' van Haendel. Hier voelt het koor zich op zijn best. De uitvoering met  ingehouden pianissimo’s en uitbundige fortissimo’s… wordt gevolgd door een spontaan applaus voor het feestend koor en zijn dirigent.

Hiermee is deel één waardig afgesloten en trekt het koor van de kathedraal naar het vroegere stadhuis op de Grote Markt.

Academische zitting

In de historische raadzaal met de prachtige glasramen gaat de Academische zitting door.  Bestuurslid Brecht verwelkomt de symbolisch tachtig aanwezigen, koorleden en partners. Hij heeft ook een boodschap meegekregen van voorzitter Marnix, die  wegens ziekte - niet aanwezig kan zijn. Brecht leest de tekst van de voorzitter. Deze maakt een schets van het koor vanaf zijn ontstaan eind 1942. Het respect en de waardering voor de pioniers klinkt voelbaar door. Bewondering ook voor de opeenvolgende dirigenten met op kop Hendrik Moerman die 55 jaar zijn stempel op het koor drukte met als hoogtepunt de ontmoeting met de paus onder de Menenpoort in 1985. Er wordt herinnerd aan vele optredens in binnen- en buitenland, de radio- en TV-missen en vooral ook de samenwerking met andere koren. Verder de plaatopnamen en CD-edities en tussendoor de feesten en vieringen.

De corona-pandemie hield de zangers een tijd thuis maar zodra het kon, werd opnieuw – zij het met mondmaskers en met 1,5 meter afstand houden – langzaam heropgestart met Benjamin aan het roer. En hier staan ze terug, de zingende mannen, die in vriendschap elke week samen komen om te repeteren. Een grijzende bende die stilaan aan het verjongen is dankzij nieuwe leden die bij voorbaat welkom zijn.

Deken Roland spelt een twintigtal verdienstelijk koorleden het eremetaal van Sint-Donatianus op. Het hele koor verrast de aanwezigen met 'Das klingelt so herlich' uit de opera De Toverfluit van Mozart.

Schepen Philip Bolle besluit met een overzicht van de geschiedenis van het Mannenkoor met de nadruk om de menselijke aspecten van het samen komen en de onderlinge vriendschap tussen de leden. Daar moet op getoast worden. Meteen een uitnodiging voor een receptie, gul aangeboden door het stadsbestuur dat dankbaar is voor het muzikaal aandeel van het koor in de culturele missie van Ieper, 80 jaar lang.

 

Feestmaal 

Tijd om aan het derde luik te beginnen. Aan de overkant van de Grote Markt kunnen we terecht in Yperley, Sint-Jacobsstraat 1, voor het feestmaal. Met dank aan bestuurslid Brecht bestuur die tot in de puntjes georganiseerd heeft en een waardige spreekbuis was van voorzitter Marnix, die we hierbij groeten.

 

 

Hits: 4769