MISSIO: gedoopt en gezonden!

Laatst bijgewerkt: zondag 27 oktober 2019 Gepubliceerd: donderdag 10 oktober 2019 Geschreven door Lode Caes

Buitengewone missiemaand oktober 2019. ‘Geloof je? Vrij vertaald kun je de vraag van Jezus in het evangelie van missiezondag zo stellen. Of nog: hoe belangrijk is God voor jou? Durf je Hem het eerste én laatste woord over jouw leven geven? En nog een stap verder: hoe laat je zien dat je in God gelooft? Missionarissen doen dat op een bijzondere manier, soms heel ver weg en in moeilijke omstandigheden. Maar is dat ook niet onze roeping: aan iedereen vertellen dat God liefde is en dat voelbaar maken?...’

 

Wie zijn wij, als christen?

Woordje van Michel Coppin, directeur van Missio-België: ‘Met de buitengewone missiemaand hoop ik, samen met paus Franciscus, op een nieuwe wind in onze Kerk. Het is geen geheim dat onze Kerk in het Westen veel van haar dynamiek verloren is. Veel mensen in onze samenleving kennen het christelijke geloof niet meer, ze vinden hun weg niet in het kerkgebeuren. Misschien hebben wij wel zelf een goede evangelisatie nodig. Om weer te winnen aan aantrekkingskracht. Hoe we dat moeten doen? Door uit onze comfortzone te treden. Christus zei het zelf al: “Geen nieuwe wijn in oude zakken!” We moeten alles durven herdenken. De buitengewone missiemaand is de uitgelezen kans om ons enkele fundamentele vragen te stellen die ons diep in onze ziel raken. Wat voor christenen willen we zijn? Wat is belangrijk om onze missie, gekregen door Christus zelf, waar te maken? Daarvoor moeten we ons ontdoen van ballast en terugkeren naar de bron. We zien dat ook gebeuren in Venezuela: velen herbronnen zich, in confrontatie met de crisis, aan het Woord van de Heer. Van daaruit vertrekken ze naar de mensen aan de rand van de samenleving, naar de periferie. Want, de beste christelijke getuigenis is ons gedrag.’

 

Missie op de kerkelijke agenda

Paus Franciscus kondigde de buitengewone missiemaand af naar aanleiding van de honderdste verjaardag van de apostolische brief Maximum Illud’. Daarmee maakt hij meteen duidelijk dat missie al lang op de kerkelijke agenda staat. Belangrijk voor onze hedendaagse visie op missie is het Tweede Vaticaans concilie. Enkele kerngedachten: ‘Missie is een verantwoordelijkheid van de hele Kerk en moet gebeuren in open dialoog. Missiebisschoppen pleiten voor een liturgie op maat van lokale gelovigen. Kerken moeten in woord en daad getuigenis afleggen van Gods aanwezigheid in de wereld.’

Gedoopt en gezonden

Elke gedoopte is missionaire leerling. Gedoopt worden, markeert een verandering. Het is een nieuw begin. Nieuw leven, waarbij ook een nieuwe zending hoort. Door het doopsel worden we lid van Gods volk én missionaire leerling. Paus Franciscus werkt dit uit in zijn apostolische exhortatie Evangelii Gaudium’ (De vreugde van het evangelie).

Wat betekent dat precies voor ons? Door de onderdompeling in het water (doopsel) sterven we aan onszelf en staan we met Christus herboren op. Dit is puur genade: het gebeurt niet op onze eigen kracht, maar dankzij Gods liefde. Deze liefde is een geschenk dat wij ontvangen. God zendt zijn geest in ons hart, zodat we zijn kind kunnen worden en tegelijk een leerling van zijn Zoon. Paulus schrijft in zijn brief aan de Galaten 2,20: ‘Ikzelf leef niet meer, Christus leeft in mij’.

InDe vreugde van het evangelie’ schrijft de paus: ‘Ons hart weet dat ons leven niet dezelfde is zonder Hem. Wel dan, wat jij ontdekt hebt, wat jou helpt te leven en je hoop schenkt, net dat moet je aan anderen meedelen’ (EG 121). Daar is onze zending: missionaire leerlingen van Christus zijn in een missionaire Kerk. Het missiegebeuren is een roeping voor elke gedoopte, hij of zij is tegelijk bestemmeling en hoofdrolspeler: We zijn allen geroepen om tegenover allen expliciet te getuigen van de verlossende liefde van de Heer die, voorbij onze onvolmaaktheden, ons zijn nabijheid, zijn woord en zijn kracht schenk en zin geeft aan ons leven’ (EG 121). We krijgen een zending omdat we Gods liefde hebben ontdekt in Christus, die toelaten en laten bloeien in ons.

Missionair zijn is geen extra taak of opdracht ‘boven’ het leerling van Christus worden. Het gaat om doorleefd getuigen ‘van God’: dat Hij werkzaam is in ons. Getuigen is zo kwetsbaar spreken, vanuit ons gevoel zelf verrast en aangedaan te zijn door die alomvattende liefde van God. Getuigen is ‘aangesproken zijn’ en van daaruit anderen ‘aanspreken’. Hierbij is en blijft het evangelie vreugdenieuws. Daarom keren we ons steeds terug naar Christus, bekeren we ons steeds opnieuw. Als gedoopte leven we in het licht, in de naam van de Vader, de Zoon en de Geest. Ze zijn voor ons de bron van het licht. Onze roeping als gedoopte en missionaire leerling is ons daaraan bloot te stellen, zodat het licht ons kan bewonen en door ons kan uitstralen in de wereld. Missionair zijn is niet ‘ons’ project, maar dat van God. Door ons doopsel mogen we deelhebben aan Gods missie. Wat een genade, wat een vreugde!

Missionaris zijn

Elke christen is geroepen missionaris te zijn

Waar dan ook, hoe dan ook

 

In woord en daad getuigen,

Verwijzen naar God die ons liefheeft,

Hem benoemen als de bron waaruit wij drinken.

 

Vertellen over de Blijde Boodschap,

Jezus die Messias is,

Aan wie nog nooit van Hem gehoord heeft

Of Hem alweer lang vergeten is.

 

Liefdevol aanwezig zijn in de wereld kerk,

haar steunen in haar missie

om naar Jezus’ voorbeeld te verkondigen

en aandacht te hebben voor de meest kwetsbaren.

 

Missionaris zijn is jezelf zijn

en daarbij nooit vergeten Wie jou zendt.

(Gebedenboekje gedoopt en gezonden 2019 Missio)

 

 

Hoe doe je dit concreet?

Op dinsdag 24 september was er in Diocesaan Centrum Groenhoeve een namiddag rond het thema ’Gedoopt en gezonden’ met een missionair panelgesprek. Enkele uitspraken en tips:

– ‘Belangrijk is dat het doopsel geherwaardeerd wordt

– Vanuit je doopsel moet je een luidspreker, een microfoon van God worden: verkondigen

– Op de eerste plaats zijn we allen gedoopten, allen kind van God, broers en zussen van elkaar

– Jongeren als baby gedoopt, hunkeren naar de gedachte ‘ik wil er echt voor gaan’, zoeken naar ritueel hierrond

– Elke dag proberen me te laten onderdompelen, me te laten verdiepen

– Mensen helpen, zoals jij zou willen geholpen worden

– Gewone dingen doen met buitengewone overgave

– Ik ben geen missionaris, ik heb een missie door mijn doopsel

– Durven uit onze kerkelijke comfortzone te treden

– Over geloof laten spreken door een armbandje te dragen met ‘God h/geeft zin’ en als mensen je daarover aanspreken in gesprek gaan, getuigen

– Zending op einde van eucharistieviering: wat we gehoord hebben, wat doen we ermee tijdens de week

– Hartelijk kerk zijn

– Spreek van je doopsel maar ook durven tegenstroom te gaan, spreken en handelen, profetisch zijn, niet bang zijn.

 

(Bronnen: Viering missiezondag Missio, Campagnemagazine oktober 2019, Getuigenis van panelgesprek 24/09)

Hits: 5183