Meimaand (radio) Mariamaand

Laatst bijgewerkt: vrijdag 24 april 2020 Gepubliceerd: vrijdag 24 april 2020 Geschreven door Lode Caes

De periode waarin onze senioren opgroeiden, wordt wel eens het ‘rijke Roomse leven’ genoemd. Één vrouw stond daarin centraal, Maria. Ze werd en is nog steeds vereerd als de Moeder Gods en ook voor haar persoonlijke kwaliteiten. Ze werd en wordt aangeroepen om alle mogelijke onheil te verhoeden of de gevolgen van reeds bestaand leed te helpen dragen. In elk katholiek huisgezin stonden toen Mariabeelden waaronder kaarsjes werden gebrand om dank- en smeekbeden kracht bij te zetten.

(Afbeelding: “Met een dessin van rozenranken, gedrapeerd Maria-altaar in de Sint-Pieterskerk, Ieper naar een ontwerp van Jef Peeters”)

Het idee van Meimaand-Mariamaand stamt uit het dertiende-eeuwse Italië en kreeg in de negentiende eeuw een geweldige impuls door de aandacht van de pausen ervoor. Pius XII gaf daar in 1947 in zijn encycliek ‘Mediator Dei’ nog eens een extra bevestiging aan: “Het is een van de vroomheidsoefeningen die strikt genomen niet tot de Heilige Liturgie behoren, maar niettemin van bijzondere importantie en waarde zijn. Ze kunnen beschouwd worden als een aanvulling op de officiële eredienst. Steeds weer werden ze goedgekeurd en aanbevolen door de Apostolische Stoel en door de bisschoppen.” (Mediator Dei, nr. 182)

Paulus VI schreef in 1965 zelfs een encycliek over de Mariamaand, getiteld ‘Mense Maio’. Hij zag het vieren van de Mariamaand als een krachtig middel om vrede en gerechtigheid te verkrijgen.

Van Johannes Paulus II weten we dat hij een diep Mariageloof koesterde. Toen hij in 1981 bij een moordaanslag op het Sint-Pietersplein te Rome op een wonderbaarlijke wijze aan de dood ontsnapte, droeg hij zijn redding op aan Onze-Lieve-Vrouw van Fatima. De Kerk viert haar op 13 mei. De paus geloofde heilig dat het aan haar te danken was dat de kogel in zijn buik, en niet in zijn hoofd terechtgekomen was. Later werd de operatief verwijderde kogel verwerkt in de kroon van het beeld van Maria van Fatima. In datzelfde jaar wijdde hij de wereld toe aan het aan het Onbevlekt Hart van de H. Maagd Maria. Ook Johannes Paulus II schreef in 1987 met ‘Redemptoris Mater’ een encycliek over Maria. Dit schrijven handelt over de speciale plaats van Maria in de heilsgeschiedenis en haar rol in het Christus-mysterie.

Omdat Christus het centrum en de oorsprong van het rozenkransgebed is, mochten de belangrijke gebeurtenissen uit Zijn openbare leven er niet in ontbreken, en daarom vervolledigde Johannes Paulus II in 2002 dit gebed met de ‘Geheimen van het Licht’. Hij is het ‘licht van de wereld’ (Joh 8:12) (Rosarium Virginis Mariae, 21). Maria wordt de moeder van de Kerk genoemd en ze wordt gezien als middelares tussen haar zoon en de gelovigen. Al deze zaken kenmerken nog steeds de religieuze beleving van veel gelovigen – senior of niet, doet er weinig toe.

Maria in de volksdevotie

De Mariaverering leeft nog steeds door in de volksdevotie. Dat is het ervaringsgerichte deel van het geloof. Gods aanwezigheid wordt hierin op bijzondere wijze beleefd. Het is geloof in gebaren en symbolen. Maria wordt gezien als iemand van ons, die tot de wereld van God behoort. Maria wordt gezien als een mens, die uitzonderlijk begenadigd werd door God.

De Mariaverering mag niet verward worden met aanbidding. Maria kan immers niet ‘aanbeden’ worden, dat kan enkel God. Het gaat hierbij om het bidden tot God via Maria, Maria is hierbij de 'middelares' of een ‘voorbidster’ tussen God en mens. Maria wordt niet alleen vereerd als de Moeder Gods, maar ook voor haar persoonlijke kwaliteiten. Ze staat voor een luisterend oor. Omwille van haar leven, wordt zij als iemand gezien waarbij men terecht kan voor hulp. Ze komt doorheen de evangelies naar voor als iemand die een gelovig vertrouwen in God en haar zoon Jezus had.

Maria is dus een voorbeeld bij uitstek van geloof en toewijding. Haar gelovig bestaan leert ons wat geloven eigenlijk betekent. Het gaat niet om het goedschiks aannemen van een reeks onbegrijpelijke waarheden, maar om een leven in verbondenheid met God en met mensen. Geloven is leven vanuit een diepte die wortelt in God en naar de toekomst die God voor ons openhoudt. Christenen drukken het vertrouwen in haar uit op verschillende manieren, zoals in het Wees Gegroet.

Ze heeft ook veel pijn gekend, wanneer Jezus’ optreden werd verworpen, bij zijn kruisdood, maar ze aanvaardt dit alles. Gods wil is haar wil. Mensen herkennen zichzelf in die (mede)lijdende Maria en bidden tot haar geeft hen steun en kracht.

Mei – oktober – advent

In de meimaand wordt extra aandacht aan devotie tot Maria gegeven. Dit gebeurt door het organiseren van rozenkransgebeden, een bloemen- en kaarsenhulde bij Mariabeelden, het houden van Mariaprocessies, het organiseren van bedevaarten naar Maria-oorden, enzovoort.

De meimaand wordt afgesloten op 31 mei met het feest van Maria Visitatie. Op dit feest vieren we het bezoek van Maria aan haar nicht Elisabeth. Wanneer Elisabeth Maria ziet komen, wordt zij vervuld van de Heilige Geest. Haar ongeboren zoon, Johannes de Doper, springt op in haar schoot en zij zegt tegen Maria: “De meest gezegende ben je van alle vrouwen, en gezegend is de vrucht van je schoot!”. Maria antwoordt met een lofgezang op God, het Magnificat.

Er zijn nog andere periodes in het jaar waarin extra aandacht aan Maria wordt besteed. Oktober wordt de ‘rozenkransmaand’ genoemd. Het is met andere woorden een maand waarin het gebed tot Maria centraal staat. Liturgisch gezien staat in de advent Maria centraal: we kijken samen met Maria uit naar de geboorte van Jezus.

Bidden in maanden van corona

In deze tijden van corona-crisis zijn publieke liturgische bijeenkomsten niet toegelaten. Dat zet ook een serieuze domper op de traditionele geloofspraktijken eigen aan de meimaand. We denken o.a. aan de gezamenlijke gebedsmomenten – zogenaamde samenscholingen – rond menig Mariakapelletje en lokale bedevaarten ‘Geloven doe je niet alleen’ maar paradoxaal zijn we vandaag ‘solidair door afstand te houden’. Zo kan verbondenheid ook in persoonlijk gebed. Niets belet ons – bijvoorbeeld bij een wandeling – even halt te houden bij zo’n kapelletje of een kerkgebouw te betreden, een kaarsje te branden en te bidden.

Er zijn ook de digitale alternatieven op het internet. Om er maar enkele te noemen: ‘Bidden onderweg’ de gebedspodcast geïnspireerd door de ignatiaanse spiritualiteit en natuurlijk ‘Radio Maria’ waar je dagelijks ‘online’ en ‘live’ de eucharistie kunt meevieren, de gebedsgetijden, het angelus en de rozenkrans kunt meebidden. Als je niet zo vertrouwd bent met deze media, laat je dan bijstaan door een gezinslid of familielid-op-afstand. Maar vergeten we niet hoe we het vroeger deden met onze ‘paternoster’ en een ‘gebedenboek’ in de hand. Deze bijzondere tijd geeft naast vele beperkingen ons ook de kans ons gebedsleven te verruimen.

Hits: 6995