Vasten tussen krokussen en paasbloemen

Laatst bijgewerkt: vrijdag 29 november 2019 Gepubliceerd: zaterdag 02 maart 2019

De veertigdagentijd die wij op Aswoensdag beginnen is een voorbereiding op het komende paasfeest. Het vieren van de overgang van de dood naar het volle leven, het feest van de verrijzenis. Het valt op dat die tijd niet in de zomer valt wanneer alles in volle bloei staat. Ook niet in de herfst wanneer de oogst en de vruchten worden binnengehaald. Maar uitgerekend in het voorjaar, bij de overgang van winter naar lente wanneer nieuw leven op komst is.

Wat zich afspeelt in de natuur maken wij ook wel eens mee in ons eigen leven. Natuur en mens gaan hand in hand bij dit ontwaken uit een winterslaap. Ook wij worden uitgenodigd om op te staan uit die diepe roes van onverschilligheid en oppervlakkigheid. Een kans voor ieder van ons om op te rijzen tot een nieuw bestaan, vernieuwd naar lichaam en geest, beter en schoner mens. Christen worden ten volle uit. We krijgen er veertig dagen de tijd voor. Veertig dagen, dat is de periode tussen de krokus- en paasvakantie. Heel betekenisvol. Krokussen zijn de eerste tekenen van ontluikend leven en het is volop lente als de paasbloemen in bloei staan.

Veertig dagen de tijd

Zoals de ramadam een vaste waarde is in de moslimgemeenschap, mag ook ‘de veertigdagentijd’ voor ons christenen een aansporing zijn om onze eigen traditie opnieuw te ontdekken en te herwaarderen. Sprak men vroeger courant over ‘de vasten’ dan heeft deze nieuwe benaming burgerrecht verkregen in de Kerk. Een nieuwe naam wijst meestal ook op een nieuwe beleving.

Vasten werd soms meer doel dan middel tot inkeer en ommekeer. Men hield zich nauwgezet aan de voorschriften. De prestatie primeerde. Sommigen rookten of snoepten niet of dronken veertig dagen lang geen alcohol, maar daarna viel alles terug in zijn oude plooi.

Het ‘getal veertig’ is heel bijbels. Het is een symbolisch getal dat iets nieuws wil oproepen en dat ons aan het denken en handelen zet. Zo’n periode kan beschouwd worden als voorbereidingstijd waarbij alles in gereedheid wordt gebracht voor een belangrijk gebeuren. In het zondvloedverhaal lezen wij hoe God na ‘veertig’ dagen regen zijn regenboog aan de hemel zet en zo met Noach een nieuw verbond sluit. ‘Veertig’ jaar lang trokken de Israëlieten door de woestijn vooraleer ze aankwamen in het Beloofde Land. Ook Jezus, zo lezen wij in het evangelie, verbleef ‘veertig’ dagen in de woestijn om zich op zijn belangrijke zending voor te bereiden. Ook een zwangerschap duurt negen maanden of ‘veertig’ weken, de tijd waarin nieuw leven groeit en geboren wordt. Onze ‘veertigdagentijd’ is een proeftijd om als betere christenen te leren leven, om het verrijzenisfeest van Pasen ten volle te kunnen beleven en vieren. De benaming maakt ons in ieder geval bijbel-gevoeliger.

Soberheid

De weg naar Pasen kun je niet gaan zonder ook maar enige impact op je levenswijze, in eten en drinken, ontspanning en levensritme. Spontaan streven wij naar overvloed en toch leeft in ons ook het verlangen naar soberheid. In onze moderne consumptie-maatschappij betekent soberheid dat men niet alleen matig is in eten en drinken, maar ook dat men afziet van de ‘ratrace-van-nieuw-en beter’. Het is bewust gaan consuminderen. Een kritische houding aannemen tegenover de verleiding van ‘hap-maar-toe-doe-je-zin-en-geniet’.

Van kwantiteit naar kwaliteit

Vasten is bewust kiezen voor eenvoud en vereenvoudiging in je manier van leven, van eten en drinken, van je manier van leven en tijdsgebruik. Je gaat de dingen meer naar waarde schatten. Echte vreugde ligt niet in de vermeerdering van genot en bezit. Ze ligt veeleer in de goede omgang met de dingen.

Een dieet voor het hart

De veertigdagentijd is ook de tijd om wat meer tijd te nemen voor ‘gebed en bezinning’. Een mens is immers een eenheid van lichaam en geest. Even rustig tot jezelf komen, blijven stilstaan bij de noden van je hart kan een weldoende kuur zijn. Zoals de natuur naakt en kaal in de stilte van de winter tot zichzelf keert om daarna bij het wassen van de zon met pracht tot nieuw leven te komen. Zo kun je bij de bron van de stilte tot inkeer komen en levenskracht putten om met Pasen de vreugde van het leven te delen.

Wij leven gemakkelijk van dag tot dag zonder perspectief en zonder diepte. We leven om de dingen heen, oppervlakkig en zonder aandacht. Opgeslorpt door de waan van de dag en de sleur van onze arbeid. In die draaikolk zijn momenten van stilstand een hoopvol gebeuren. Je komt los, komt thuis bij jezelf en de noden van je hart. Gebed en bezinning kunnen ons in deze periode helpen om tot inzicht en onderscheiding te komen en het kaf van het koren te scheiden. Zo bevrijden we ons van vooroordelen en vervelende gewoontes. Bedreigde of verloren waarden komen weer binnen handbereik. Bidden is een daad van inkeer, een dieet van het hart om in te gaan op wat God van ons verlangt.

Het smeulend vuurtje brandend houden

Zo kan deze intense voorbereidingstijd naar Pasen een belangrijke tijd worden waarin je het smeulend vuurtje in je binnenste niet laat doven maar aanwakkert. Een waakvlammetje dat gloeit van verlangen om meer met God verbonden te leven.

Hits: 9920